kruis

als woordenboektrefwoord:

kruis:
o. (-en), een rechte stijl met een dwarshout; zinnebeeld der Chr. inz. Roomse kerk; kruisvormig ereteken ; verhogingsteken (in de muziek) ; ramp, onheil; hoger deel van de rug van paard of ezel aan het einde van de ruggegraat.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

kruis (zn) :
ongeluk, ellende, verdriet, beproeving
kruis (zn) :
kruisbeeld, crucifix
kruis (zn) :
verplaatsingsteken
kruis (zn) :
verhogingsteken
kruis (zn) :
crux
kruis (zn) :
leed

als synoniem van een ander trefwoord:

verdriet (zn) :
spijt, zorg, zeer, kruis, pijn, treurigheid, leed, bedroefdheid, rouw, narigheid, treurnis, droefheid, wee, hartzeer, chagrijn, smart, droefenis, kommer, leedwezen, hartenleed

woordverbanden van ‘kruis’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 2, blz. 268:

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

kruis
munt

woorden met een verwante vorm:

werkwoord

bij andere sites:

in het Verwarwoordenboek van Jan Renkema:
synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0021 c

Dankzij donaties zie je op deze en volgende pagina's geen advertenties.

Wist je dat synoniemen.net een eenmansproject is? Door te doneren help je bij het voortbestaan en om advertenties hier helemaal overbodig te maken.