tic

als woordenboektrefwoord:

tic:
m. (-s), zenuwpijn, inz. onwillekeurige spiersamentrekking in het gelaat.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

tic (zn) :
zenuwtrek, zenuwtrekking, dwanghandeling, aanwensel

als synoniem van een ander trefwoord:

hebbelijkheid (zn) :
gewoonte, gril, manie, tic, onhebbelijkheid, eigenaardigheid, aanwensel
eigenaardigheid (zn) :
afwijking, originaliteit, eigenheid, tic
afwijking (zn) :
ziekte, tic, eigenaardigheid, aberratie
gewoonte (zn) :
hebbelijkheid, tic, aanwensel
tik (zn) :
tic

woordverbanden van ‘tic’ grafisch weergegeven

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0036 c

Dankzij donaties zie je op deze en volgende pagina's geen advertenties.

Wist je dat synoniemen.net een eenmansproject is? Door te doneren help je bij het voortbestaan en om advertenties hier helemaal overbodig te maken.