vet

als woordenboektrefwoord:

vet:
o. (-ten), iem. zijn vet geven, scherp verwijt, berisping.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

vet (bn) :
zwaar, groot, vol, zwaarlijvig, dik, vlezig
vet (bn) :
vies, smerig, vuil, vettig, olieachtig
vet (bn) :
vetrijk, vethoudend
vet (bn) :
rijk, rijkelijk
vet (bn) :
vruchtbaar
vet (bn) :
dronken
vet (zn) :
smeer, smeervet, vetstof, smeermiddel
vet (zn) :
bakvet, reuzel, bakkersvet, smout
vet (zn) :
vetweefsel

als synoniem van een ander trefwoord:

dik (bn) :
rond, opgezet, gevuld, stevig, mollig, gezwollen, zwaar, bol, vet, fors, gezet, opgezwollen, vol, omvangrijk, zwaarlijvig, log, vlezig, lijvig, corpulent, paf, volumineus, welgedaan
rijkelijk (bn) :
rijk, flink, ruim, vet, in overvloed, royaal, te over, ruimschoots, overvloedig, kwistig, welig, copieus, abondant, exuberant
schuin (bn) :
plat, smerig, gewaagd, vet, dubbelzinnig, schunnig, obsceen, ontuchtig, aanstotelijk, scabreus, onnet
rijk (bn) :
ruim, vet, rijkelijk, overdadig, veelzijdig, ruim bedeeld, overvloedig, weelderig, overvloeiend
zwaar (bn) :
grof, vet, fors, massief, zwaarlijvig, log, dik, lijvig, zwaargebouwd
zwaarlijvig (bn) :
mollig, gevuld, zwaar, vet, gezet, dik, corpulent, welgedaan
vettig (bn) :
smerig, vet, vetachtig, olieachtig
vruchtbaar (bn) :
vet
smeer (zn) :
vet, smeerolie, motorolie, smeervet, talk, ongel

woordverbanden van ‘vet’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):

smeer, vet

Vet is de naam voor de witachtige, smijdige stof door afscheiding van voedingsstoffen gevormd, vooral in het dierlijk lichaam. Smeer is de weeke, vettige zelfstandigheid, die geschikt is om ergens op te smeeren; bij dieren noemt men smeer het vet om de nieren en darmen. In samenstellingen gebruikt men beide: kaarsvet, schoensmeer.

in Nederduitsche synonymen (1836), band 2, blz. 102:

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 3, blz. 261:

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

vet
afgrijselijk, afschuwelijk, gruwelijk, lelijk, mager, monsterlijk, schoon, stom, verschrikkelijk, vreselijk, walgelijk, weerzinwekkend

woorden met een verwante vorm:

bijvoeglijk naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.003 c