piek

als woordenboektrefwoord:

piek:
v. (-en), lans, spies; bergspits.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

piek (zn) :
lans, spiets
piek (zn) :
pop, gulden
piek (zn) :
hoogtepunt
piek (zn) :
bergtop
piek (zn) :
sliert

als synoniem van een ander trefwoord:

top (zn) :
uiteinde, punt, hoogtepunt, topje, spits, piek, maximum, toppunt, kruin, hoogste punt, zenit
hoogtepunt (zn) :
piek, maximum, toppunt, climax, apotheose, optimum, summum, orgelpunt, acme
punt (zn) :
uiteinde, top, prik, spits, piek, tip, toppunt, tipje, timp, toot
lans (zn) :
piek, speer, spies, hellebaard, renspeer
uitschieter (zn) :
uiterste, piek, dieptepunt, extreme
spits (zn) :
top, punt, hoofd, piek, kruin
bal (zn) :
pop, piek, gulden
pegel (zn) :
piek, gulden
pop (zn) :
piek, gulden
gulden (ww) :
pop, piek, pegel, pieterman

woordverbanden van ‘piek’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in Nederduitsche synonymen (1836), band 2, blz. 367:

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

piek
dal, vallei

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0036 c

Dankzij donaties zie je op deze en volgende pagina's geen advertenties.

Wist je dat synoniemen.net een eenmansproject is? Door te doneren help je bij het voortbestaan en om advertenties hier helemaal overbodig te maken.