Vertaling van 'Matrix' uit het Duits naar het Nederlands

Matrix (zn):
matrix(de) —.
(en) binding component of compound materials.
(en) table of data.
(en) math: rectangular arrangement of numbers or terms.
(en) two-dimensional array.
(fr) Objet mathématique.
(ja) —.
, array(en) any of various data structures.

Via: Dbnary en WikiWoordenboeken