Vertaling van 'Minister' uit het Duits naar het Nederlands

Minister (zn):
minister(de) —.
(en) politician who heads a ministry.
(fr) Membre d’un gouvernement.
(sv) ledamot av en regering.
(pl) —.
, bewindsman(fr) Membre d’un gouvernement., dienaar(en) politician who heads a ministry.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken