σταματώ (ww):
stoppen(en) to stop, hinder.
(en) to cease moving.
(en) not to continue.
(ja) -2.
(pl) —.
(pl) —.
(pl) —.
(pl) —., ophouden(en) to reduce the speed of.
(en) to cease moving.
(en) not to continue.
(ja) -2.
(pl) —., halthouden(en) to cease moving.
(en) not to continue.
(ja) -2., stilstaan(en) to cease moving.
(en) not to continue.
(ja) -2., aanhouden(en) to cease moving.
(en) not to continue., staken(pl) —.
(pl) —., stilzetten(pl) —.
(pl) —., stopzetten(pl) —.
(pl) —., hinderen(en) to stop, hinder., morgen is er nog een dag(en) to cease activity for the day., onderbreken(de) etwas zeitweise unterbrechen., stelpen(en) to stop, hinder., vertragen(en) to reduce the speed of.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com