lush (zn):
A person who drinks alcohol to excess habitually
alcoholiste, alcoholica, alcoholicus, alcoholist, alcoholverslaafde, drankorgel, drankverslaafde, drankzuchtige, drinkebroer, kannekijker, kannenkijker, nathals, natnek, pimpelaar, probleemdrinker, spons, zuiper, zuiplap, zuipschuit
Via: Ensyns.nl
lush (bn):
cool(en) —., de max(en) —., delicieus(en) —., groen(en) —., levend(en) —., luxurieus(en) —., sexy(en) —., tof(en) —., weelderig(en) —., wijs(en) —., welig(pl) —.
lush (zn):
zatlap(en) —., aalpuit(fr) Poisson d’eau douce., kwabaal(fr) Poisson d’eau douce., puitaal(fr) Poisson d’eau douce.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com