Vertaling van 'uniform' uit het Engels naar het Nederlands

uniform (zn):
Clothing of distinctive design worn by members of a particular group as a means of identification
uniform

uniform (bn):
Not differentiated
ongedifferentieerd

Via: Ensyns.nl

uniform (bn):
uniform(en) —.
(en) —.
(de) einförmig; arm an Unterschieden; bewusst ohne Unterschiede.
(fi) ehyt, koossa pysyvä.
, consistent(en) —.
(fi) ehyt, koossa pysyvä.
, gelijk(en) —., onveranderlijk(en) —., homogeen(fi) ehyt, koossa pysyvä.
(ru) одинаковый во всех своих частях.

uniform (zn):
uniform(en) —.
(de) einheitlicher Anzug, Bekleidung.
(zh) 依規定式樣製作的衣服.
(ja) —.
, tenue(de) einheitlicher Anzug, Bekleidung., versmalde balk(it) uniforme, livrea.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken