Vertaling van 'vanity' uit het Engels naar het Nederlands

vanity (zn):
Feelings of excessive pride
pretentie, hoogmoed, eigendunk, arrogantie, verwaandheid, ijdelheid

vanity (zn):
The quality of being valueless or futile
absurditeit, overbodigheid, zinloosheid, leegheid

vanity (zn):
The trait of being unduly vain and conceited; false pride
ijdelheid, eigendunk, verwaandheid

vanity (zn):
Low table with mirror or mirrors where one sits while dressing or applying makeup
kaptafel, toilettafel

Via: Ensyns.nl

vanity (zn):
ijdelheid(en) —.
(fr) Qui suffit, qui est assez..
(sv) högmod.
(sv) tillstånd att något är förgäves.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken