catheter (zn):
кате́тер(en) —.
(zh) 醫用., катетер(nl) 1. buisje dat tijdelijk in een lichaamsholte wordt aangebracht, bijv. om lichaamsvocht op te vangen of een medicijn toe te dienen.
(pt) (tubo).
(de) —.
(pl) —., сосу́д(zh) 醫用.
Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com