protein (zn):
бело́к(en) —.
(en) —.
(zh) 复杂生物分子., протеи́н(en) —.
(en) —.
(zh) 复杂生物分子., белок(de) Biochemie: ein aus Aminosäuren aufgebautes Makromolekül.
(de) Biochemie: makromolekulare Grundbausteine der Zellen.
(nl) 2. een tot een klasse van polymere stoffen met een hoog moleculair gewicht behorende stof die samengesteld is uit diverse alfa-aminozuren verbonden door peptidebindingen.
(nl) 1..
(pl) —., протеин(de) Biochemie: ein aus Aminosäuren aufgebautes Makromolekül.
(de) Biochemie: makromolekulare Grundbausteine der Zellen.
(fi) pitkästä aminohappoketjusta koostuva orgaaninen yhdiste.
(nl) 2. een tot een klasse van polymere stoffen met een hoog moleculair gewicht behorende stof die samengesteld is uit diverse alfa-aminozuren verbonden door peptidebindingen.
(nl) 1..
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com