Vertaling van 'engager' uit het Frans naar het Nederlands

engager (ww):
verpanden(fr) —.
(en) give as security for loan.
, aangaan(fr) —., aanknopen(fr) —., aanmanen(fr) —., aansporen(fr) —., als onderpand geven(fr) —., beginnen(fr) —., beloven aan(fr) —., betrekken(fr) —., borg staan(fr) —., contracteren(fr) —., manen(fr) —., vastzetten(fr) —., zich engageren(fr) —., zich verbinden(fr) —., gehouden(de) reflexiv: eine Pflicht auf sich nehmen.
(de) reflexiv: jemanden in ein Treueverhältnis zu sich bringen.
(de) jemanden in die Pflicht nehmen.
, verplichten(de) jemanden in die Pflicht nehmen.
(de) reflexiv: jemanden in ein Treueverhältnis zu sich bringen.
(de) reflexiv: eine Pflicht auf sich nehmen.
, aanstellen(en) to employ., aanwerven(en) to employ., huren(fi) ottaa töihin palkkaa vastaan., optrekken(en) to maneuver a vehicle from the side of a road onto the lane., verhuren(en) to employ.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken