Vertaling van 'naviguer' uit het Frans naar het Nederlands

naviguer (ww):
surfen(en) navigate through hyperlinked documents.
(en) travel over water.
(en) move on the internet.
(de) —.
, varen(en) travel over water.
(en) move on the internet.
(pl) —.
, navigeren(en) travel over water.
(en) move on the internet.
, zeilen(de) (als Schiff oder dessen Besatzung) den Wind als Antrieb für die Fortbewegung nutzen.
(en) to ride in a boat, especially sailboat.
, zwemmen(pl) —.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken