vanité (zn):
ijdelheid(en) overly high self-esteem.
(en) excessive pride.
(en) that which is vain.
(sv) högmod.
(sv) tillstånd att något är förgäves., zinloosheid(de) gehoben, veraltet: Nichtigkeit, Vergeblichkeit.
(de) übertriebene Sorge um eigene Vollkommenheit, das Eitelsein., hoogmoed(en) overly high self-esteem., solipsisme(en) self-absorption., verwaandheid(en) overly high self-esteem., zelfingenomenheid(en) self-absorption.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com