Vertaling van 'capacità' uit het Italiaans naar het Nederlands

capacità (zn):
capaciteit(en) the ability to hold, receive, or absorb.
(en) the maximum that can be produced.
(en) capability; the ability to perform some task.
(fr) Pouvoir de réaliser ou de produire quelque chose.
(fr) Production maximale.
(fr) Quantité d’un contenant.
(es) —.
, bekwaamheid(en) a skill or competence.
(de) die angeborene oder erworbene Eigenschaft, zu etwas imstande zu sein.
(en) capacity to do something well.
(es) —.
, inhoud(fr) Quantité d’un contenant.
(fr) Pouvoir de réaliser ou de produire quelque chose.
(fr) Production maximale.
(es) —.
, capaciteiten(en) capability; the ability to perform some task.
(en) the maximum that can be produced.
(en) the ability to hold, receive, or absorb.
, elektrische capaciteit(en) property of an element of an electrical circuit.
(zh) 使電容器儲存電荷的能力.
, vaardigheid(en) capacity to do something well.
(es) —.
, aanleg(es) —., competentie(de) die angeborene oder erworbene Eigenschaft, zu etwas imstande zu sein., eigenschap(en) computing: beneficial capability of a piece of software., geschiktheid(es) —., gewiekstheid(en) common sense, initiative., kundigheid(es) —., laadvermogen(es) —., macht(en) capability or influence., talent(es) —.

Via: Dbnary en WikiWoordenboeken