coito (zn):
geslachtsgemeenschap(en) sexual interaction.
(fr) Accouplement., coïtus(en) sexual interaction., geslachtsverkeer(fr) Accouplement., seksueel verkeer(en) sexual interaction., sexuele betrekkingen(en) sexual interaction.
coito (phraseologicalUnit):
geslachtsgemeenschap(lt) lt., geslachtsverkeer(lt) lt., seks(lt) lt., sexuele betrekkingen(lt) lt., vrijen(lt) lt.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com