Vertaling van 'familielui' uit het Nederlands naar het Duits

familielui (zn):
Angehörige(en) member of one's family., Angehöriger(en) member of one's family., Familienangehörige(en) member of one's family., Familienangehöriger(en) member of one's family., Familienmitglied(en) member of one's family., Verwandte(en) member of one's family., Verwandter(en) member of one's family., Verwandtschaft(en) member of one's family.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken