Vertaling van 'nucleus' uit het Nederlands naar het Engels

nucleus (zn):
The positively charged dense center of an atom
nucleus

nucleus (zn):
A part of the cell containing DNA and RNA and responsible for growth and reproduction
cell nucleus, karyon, nucleus

Via: Ensyns.nl

nucleus (zn):
nucleus(nl) —.
(de) Biologie: die Organelle eukaryotischer Zellen, die das Erbgut (DNS) enthält.
, cell nucleus(de) Biologie: die Organelle eukaryotischer Zellen, die das Erbgut (DNS) enthält.

Via: Dbnary en WikiWoordenboeken