Vertaling van 'uitglijder' uit het Nederlands naar het Engels

uitglijder (zn):
An embarrassing mistake
bloomer, blooper, blunder, boner, boo-boo, botch, bungle, flub, foul-up, fuckup, pratfall

Via: Ensyns.nl

uitglijder (zn):
slip(nl) —., skid(fr) Action de déraper ; résultat de cette action..

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken