bis (zn):
bis-klein(nl) —.
(nl) (muziek) de grondtoon (tonica) van de “bis-mineurtoonladder”, een toonladder met 9 kruisen als voortekens, tevens een korte aanduiding van die toonladder.
(nl) (muziek) de grondtoon van het “bis-mineurakkoord”, de kleine drieklank op de eerste trap (tonica-akkoord) van de kleinetertstoonladder op die toon., bis-mineur(nl) —.
(nl) (muziek) de grondtoon (tonica) van de “bis-mineurtoonladder”, een toonladder met 9 kruisen als voortekens, tevens een korte aanduiding van die toonladder.
(nl) (muziek) de grondtoon van het “bis-mineurakkoord”, de kleine drieklank op de eerste trap (tonica-akkoord) van de kleinetertstoonladder op die toon., B(nl) —.
(nl) (muziek) de grondtoon van het “bis-mineurakkoord”, de kleine drieklank op de eerste trap (tonica-akkoord) van de kleinetertstoonladder op die toon., bis-kleinakkoord(nl) —.
(nl) (muziek) de grondtoon van het “bis-mineurakkoord”, de kleine drieklank op de eerste trap (tonica-akkoord) van de kleinetertstoonladder op die toon., bis-kleinetertstoonladder(nl) —.
(nl) (muziek) de grondtoon (tonica) van de “bis-mineurtoonladder”, een toonladder met 9 kruisen als voortekens, tevens een korte aanduiding van die toonladder., bis-mineurakkoord(nl) —.
(nl) (muziek) de grondtoon van het “bis-mineurakkoord”, de kleine drieklank op de eerste trap (tonica-akkoord) van de kleinetertstoonladder op die toon., bis-mineurtoonladder(nl) —.
(nl) (muziek) de grondtoon (tonica) van de “bis-mineurtoonladder”, een toonladder met 9 kruisen als voortekens, tevens een korte aanduiding van die toonladder., c(nl) —.
(nl) (muziek) een met een halve toon verhoogde toon "b".
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com