achterlijk

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

achterlijk (bn) :

stom, idioot, debiel, zwakzinnig, zwakbegaafd

achterlijk (bn) :

provinciaal, achtergebleven, kleinsteeds

achterlijk (bn) :

idioot, onnozel

achterlijk (bn) :

verouderd

achterlijk (bn) :

onwetend

achterlijk (bn) :

gek

als synoniem van een ander trefwoord:

idioot (bn) :

simpel, dwaas, krankzinnig, stom, onzinnig, lachwekkend, bespottelijk, belachelijk, dol, gek, bezopen, achterlijk, onnozel, absurd, getikt, halfgaar, ongerijmd, stompzinnig, redeloos, stompzinnige

bespottelijk (bn) :

idioot, onzinnig, lachwekkend, belachelijk, gek, achterlijk, mal, ongerijmd, zot, potsierlijk, mesjogge, ridicuul, koddig, grotesk, gekkelijk

getikt (bn) :

dwaas, idioot, niet goed snik, gek, achterlijk, halfgaar, knots, geschift, imbeciel, krankjorum, mesjogge, lijp

zwakzinnig (bn) :

krankzinnig, idioot, debiel, achterlijk, geestelijk gehandicapt, zwakbegaafd, dement, imbeciel, zwakhoofdig

krankzinnig (bn) :

gestoord, idioot, uitzinnig, te dol, zwakzinnig, gek, achterlijk, getikt, waanzinnig, geestesziek, zinneloos

verouderd (bn) :

achterlijk, afgezaagd, ouderwets, gedateerd, passé, achterhaald, uit de tijd

provinciaal (bn) :

bekrompen, achterlijk, lomp, boers, kleinburgerlijk, kleinsteeds

stom (bn) :

dwaas, suf, idioot, dom, achterlijk, onnozel, stompzinnig, oenig

onwetend (bn) :

onbewust, dom, achterlijk, onkundig, ignorant, ezelachtig

dom (bn) :

stom, debiel, achterlijk, sukkelig, zwakhoofdig

kleinsteeds (bn) :

bekrompen, achterlijk, benepen, provinciaals

bezopen (bn) :

krankzinnig, stom, idioot, achterlijk

seniel (bn) :

achterlijk, stupide

traag (bn) :

achterlijk

debiel (zn) :

zwakzinnig, achterlijk

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in Nederduitsche synonymen (1836), band 1, blz. 386:

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

achterlijk ≠

voorlijk

bij andere sites: