strot

als woordenboektrefwoord:

strot:
m. (-ten), keel, gorgel.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen: niet gevonden.

als synoniem van een ander trefwoord:

keel (zn) :
slokdarm, strot, gorgel
strottenhoofd (zn) :
strot, gorgel, larynx
hals (zn) :
keel, strot

woordverbanden van ‘strot’ grafisch weergegeven

in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):

keel, gorgel, strot

Keel is de benaming van den nauwen doorgang boven het strottenhoofd, en duidt zoowel het uitwendige als het inwendige hiervan aan. Gorgel wordt alleen van het inwendige gezegd; het is hiervoor minder in gebruik dan keel. Nog minder is zulks het geval met strot, dat meest in wetenschappelijke samenstellingen als strottenhoofd, strotader, enz. voorkomt, en verder in enkele min of meer platte uitdrukkingen, als door den strot jagen voor zwelgen, gehoord wordt.

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 2, blz. 299:

keel, gorgel, strot, hals

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0021 c