anwenden (ww):
toepassen(de) —.
(en) to put to use for a purpose.
(en) to make use of., aanwenden(de) —.
(fr) Utiliser., gebruikmaken(de) —., gebruiken(fr) Utiliser.
(pt) a partir do sinônimo (“utilizar”)., aanpassen(en) to make suitable., benutten(fr) Utiliser., tewerkstellen(fr) Utiliser.
Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com