auseinanderfallen (ww):
instorten(en) disintegrate, break into pieces., scheiden(en) to divide itself., schiften(en) to divide itself., uit elkaar vallen(en) disintegrate, break into pieces., uiteenvallen(en) disintegrate, break into pieces., verdelen(en) to divide itself.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com