Vertaling van 'einsam' uit het Duits naar het Nederlands

einsam (bn):
eenzaam(de) —.
(en) of person: unhappy by feeling isolated.
(en) of place: desolate.
(fr) Inhabité.
, enig(de) —., afgelegen(en) of place: desolate.
(en) of person: unhappy by feeling isolated.
, alleen(en) of place: desolate.
(en) of person: unhappy by feeling isolated.
, alleenig(en) of place: desolate.
(en) of person: unhappy by feeling isolated.
, allenig(en) of person: unhappy by feeling isolated.
(en) of place: desolate.
, verlaten(fr) Inhabité.
(pt) (pouco frequentado).
, afgezonderd(en) in seclusion, isolated, remote., doods(fr) Inhabité., uitgestorven(fr) Inhabité.

einsam (bw):
alleen(en) by oneself.

Via: Dbnary en WikiWoordenboeken