Vertaling van 'früher' uit het Duits naar het Nederlands

früher (bn):
vroeger(en) former, previous.
(en) earlier in time or order.
(fr) Qui précède dans le temps.
, voormalig(en) former, previous.
(en) previous.
, anterieur(en) before or earlier in time., gewezen(en) previous., oud(en) not current., toenmalig(en) former, previous., voorafgaand(en) earlier in time or order.

früher (bw):
vroeger(en) at an earlier time.
(fr) Anciennement, jadis, au temps passé.
(sv) 2. för länge sedan.
(sv) 1. förut, tidigare.
(sv) 3. tidigare.
, eens(en) formerly., ooit(en) formerly., tevoren(en) at an earlier time.

früher (ww):
''use the past tense with an indication of time in the past such as voorheen or vroeger''(en) formerly and habitually or repeatedly.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken