Vertaling van 'sprengen' uit het Duits naar het Nederlands

sprengen (ww):
opblazen(ca) Esclatar.
(en) to destroy with an explosion.
, barsten(en) to cause to burst., exploderen(en) to destroy with an explosion., ontploffen(en) to destroy with an explosion.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken