trostlos (bn):
akelig(en) depressing.
(en) gloomy and bleak., desolaat(en) desolate and exposed.
(en) cheerless., guur(en) desolate and exposed.
(en) cheerless., vreugdeloos(en) desolate and exposed.
(en) cheerless., bleek(en) drab., lusteloos(en) drab., mistroostig(en) cheerless, dreary., sip(en) despondent., somber(en) dismal., troosteloos(en) cheerless, dreary.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com