weiter (ww):
behouden(en) to continue., doorgaan(en) transitive: proceed., houden(en) to continue., verdergaan(en) transitive: proceed., voortzetten(en) transitive: proceed.
weiter (bw):
verder(en) comparative of far.
(fr) À une certaine distance d’ici., door(en) onward, forward., verderop(fr) À une certaine distance d’ici.
weiter (vz):
langs(en) further along.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com