Vertaling van 'balance' uit het Engels naar het Nederlands

balance (zn):
A scale for weighing; depends on pull of gravity
schaal, weegschaal

balance (zn):
A weight that balances another weight
contragewicht, tegenwicht

balance (zn):
(mathematics) an attribute of a shape or relation; exact reflection of form on opposite sides of a dividing line or plane
symmetrie

balance (zn):
The seventh sign of the zodiac; the sun is in this sign from about September 23 to October 22
Weegschaal

balance (zn):
The difference between the totals of the credit and debit sides of an account
weegschaal

balance (zn):
Something left after other parts have been taken away
residu

balance (zn):
Equality of distribution
evenwicht, tegenwicht

balance (zn):
A state of equilibrium
evenwicht, balans

balance (ww):
Hold or carry in equilibrium
balanceren

Via: Ensyns.nl

balance (zn):
balans(en) —.
(de) Gleichgewicht, innere Ruhe.
(sv) jämvikt.
, evenwicht(en) —.
(sv) jämvikt.
, weegschaal(fi) punnittavan kohteen painon (massa) mittaamiseen käytettävä laite.
(pt) (instrumento para avaliar a massa de um corpo).
, brug(ru) гимнастический снаряд., overschot(fr) (Comptabilité) Différence entre le débit et le crédit d’un compte., saldo(fr) (Comptabilité) Différence entre le débit et le crédit d’un compte., tegoed(de) Summe Geldes, die man auf einem Konto hat.

balance (ww):
balanceren(de) transitiv: etwas im Gleichgewicht halten.
(ru) пытаться сохранять баланс, равновесие при неустойчивом положении.
(sv) 2 utjämna ojämn massfördelning.
(sv) 1 hålla balansen.
, elkaar in evenwicht houden(pl) —., in evenwicht brengen(pl) —., in evenwicht houden(pl) —., tegen elkaar opwegen(pl) —.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken