botch up (ww):
Make a mess of, destroy or ruin
naar de knoppen helpen, bederven, hannesen, haspelen, infesteren, klunzen, krukken, mispeuteren, stuntelen, verbroddelen, verbrodden, verbruien, vergallen, verhaspelen, verkankelemienen, verkankeren, verkloten, verknallen, verknoeien, verknollen, verpesten, verprutsen, versjteren, verstieren, verzieken
Via: Ensyns.nl
botch up (ww):
bederven(de) —., verknoeien(de) —., verprutsen(de) —.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com