clean (ww):
Clean one's body or parts thereof, as by washing
reinigen
clean (ww):
Make clean by removing dirt, filth, or unwanted substances from
zuiveren
Via: Ensyns.nl
clean (bn):
schoon(en) —.
(ca) Sense brutícia.
(ca) Sense brutícia.
(fr) Nettoyé ; lavé ; bien tenu.
(de) —.
(fi) jossa ei ole likaa.
(ru) свободный от грязи.
(pl) —., proper(en) —.
(fr) Nettoyé ; lavé ; bien tenu.
(ru) свободный от грязи.
(pl) —., blanco(en) —., leeg(en) —., mooie(en) —., prachtig(en) —., rein(fr) Nettoyé ; lavé ; bien tenu.
(ru) свободный от грязи., fatsoenlijk(pt) (sem maldade nem indecência)., netjes(de) —., verzorgd(de) gepflegt und äußerlich ansprechend., zuiver(fr) Nettoyé ; lavé ; bien tenu.
clean (ww):
opruimen(en) —.
(pl) —., poetsen(en) —.
(en) —., schoonmaken(en) —.
(en) —., wassen(en) —.
(no) gjøre ren., kuisen(en) —., reinigen(en) —., afkuisen(sv) rengöra., afruimen(pl) —., zuiveren(fi) tehdä puhtaaksi, poistaa likaa tai saastetta.
clean (bw):
proper(en) —., schoon(en) —.
clean (zn):
voorslaan(en) —.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com