exceptional (bn):
uitzonderlijk(en) —.
(de) besonders; nicht dem Normalfall entsprechend.
(fr) Qui est en dehors de l’ordinaire..
(fr) Qui est relatif à une exception.., buitengewoon(en) —.
(de) besonders; nicht dem Normalfall entsprechend., exceptioneel(en) —., speciaal(pl) —.
(pl) —.
(pl) —., bijzonder(pl) —.
(pl) —., enig(pl) —., ongebruikelijk(de) besonders; nicht dem Normalfall entsprechend., ongewoon(fi) erilainen; tavallisesta poikkeava., schitterend(de) besonders; nicht dem Normalfall entsprechend., uniek(pl) —.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com