Vertaling van 'excess' uit het Engels naar het Nederlands

excess (zn):
A quantity much larger than is needed
exces, overmaat, overschot, plus, surplus, teveel

Via: Ensyns.nl

excess (bn):
overvloedig(ru) превышающий нужное количество; излишний., redundant(ru) превышающий нужное количество; излишний.

excess (zn):
eigen risico(en) —., overtreffen(en) —.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken