Vertaling van 'fasten' uit het Engels naar het Nederlands

fasten (ww):
Make tight or tighter
aandraaien

fasten (ww):
Cause to be firmly attached
borgen

Via: Ensyns.nl

fasten (ww):
vastmaken(en) —.
(de) transitiv: an etwas fest anbringen.
(sv) få något att vara fast.
(es) —.
, bevestigen(de) transitiv: an etwas fest anbringen.
(sv) få något att vara fast.
, arresteren(de) in seiner Bewegungsfreiheit einschränken.

Via: Dbnary en WikiWoordenboeken