Vertaling van 'groom' uit het Engels naar het Nederlands

groom (zn):
A man who has recently been married
bruidegom

groom (zn):
A man participant in his own marriage ceremony
bruidegom

groom (zn):
Someone employed in a stable to take care of the horses
stalknecht in herberg, staljongen

groom (ww):
Care for one's external appearance
opkalefateren, opschikken, optutten, toiletteren

Via: Ensyns.nl

groom (zn):
bruidegom(de) zukünftiger männlicher Ehepartner.
(fi) naimisiin menevän naisen tuleva aviomies.
(it) il fidanzato nel giorno del matrimonio.
(pl) —.
, paardenverzorger(de) —., verloofde(ru) мужчина, вступающий в брак; тот, у кого есть невеста; будущий муж.

groom (ww):
luizen(fr) Se dit de certains animaux., ontvlooien(fr) Se dit de certains animaux.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken