Vertaling van 'interchange' uit het Engels naar het Nederlands

interchange (zn):
Reciprocal transfer of equivalent sums of money (especially the currencies of different countries)
inruil, tegenwaarde

interchange (ww):
Give to, and receive from, one another
verwisselen, swap, inwisselen, omruilen, omwisselen, ruilen

interchange (ww):
Put in the place of another; switch seemingly equivalent items
vervangen

Via: Ensyns.nl

interchange (zn):
knooppunt(en) —.
(fr) échangeur autoroutier.
, verkeersknooppunt(en) —.
(fr) échangeur autoroutier.
, verkeerswisselaar(en) —.
(fr) échangeur autoroutier.
, aansluiting(en) —.

interchange (ww):
wisselen(no) endre plassering.

Via: Dbnary en WikiWoordenboeken