Vertaling van 'suffice' uit het Engels naar het Nederlands

suffice (ww):
Be sufficient; be adequate, either in quality or quantity
volstaan, [[het]] [[ermee]] [[doen]]

Via: Ensyns.nl

suffice (ww):
voldoen(en) —.
(en) —.
(de) für einen bestimmten Zweck in ausreichendem Maß zur Verfügung stehen.
, genoeg zijn(en) —., aan(en) —., toereiken(en) —., van(en) —., volstaan(en) —., voorzien(en) —., genoeg zijn(no) være nok., toereikend zijn(no) være nok., voldoende(de) für einen bestimmten Zweck in ausreichendem Maß zur Verfügung stehen., voldoende zijn(no) være nok.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken