where (bw):
waar(en) —.
(en) —.
(de) interrogativ, im direkten Fragesatz, räumlich: an welchem Ort, an welcher Stelle.
(el) τοπικό επίρρημα.
(fi) interrogatiivinen, olemista paikassa tai sijaintia kysyvä adverbi.
(lt) lt.
(lt) lt.
(it) in quale luogo.
(no) på hvilket sted?.
(ru) в какое место.
(sv) på vilken plats.
(ru) вопросительное слово., waarheen(en) —.
(en) —.
(lt) lt.
(lt) lt.
(ru) в какое место.
(sv) mot vilken plats., waarnaartoe(en) —., waarvan(en) —., waarvandaan(en) —., werwaarts(lt) lt.
(lt) lt., daar(fr) À un endroit où.
where (vw):
waar(en) —., waarheen(en) —., waartoe(en) —., waarvan(en) —., waarvandaan(en) —.
where (zn):
waar(en) —., waarheen(en) —., waarvan(en) —., waarvandaan(en) —.
where (interrogativePronoun):
waar(pl) —.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com