Vertaling van 'agradar' uit het Spaans naar het Nederlands

agradar (ww):
aanstaan(es) —.
(fr) Agréer, être agréable .
, bevallen(de) mit Dativ: jemandem angenehm sein.
(en) to make happy or satisfy.
(fr) Agréer, être agréable .
, behagen(en) to make happy or satisfy.
(fr) Agréer, être agréable .
, aannemen(fr) Recevoir favorablement.., aanspreken(en) to be attractive., aantrekkelijk(en) to be attractive., aantrekken(en) to be attractive., appeleren(en) to be attractive., beroep doen op(en) to be attractive., zinnen(fr) Agréer, être agréable .

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken