Vertaling van 'edificar' uit het Spaans naar het Nederlands

edificar (ww):
bouwen(de) transitiv: etwas errichten, herstellen (Gebäude, Straßen und Ähnliches).
(en) (transitive) to form by combining materials or parts.
(fr) Construire.
, maken(en) to construct.
(fr) Bâtir, élever, avec de la pierre, du bois, du métal,….
, aanleggen(fr) Construire., brengen(en) to construct., construeren(fr) Construire., denken(en) to construct., doen(en) to construct., interpreteren(en) to construct., vormen(en) to construct.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken