entrar (ww):
binnengaan(en) to go into (a room, etc.).
(pl) —.
(pl) —.
(pl) —., toetreden(pl) —.
(pl) —.
(pl) —., invoeren(de) EDV: etwas in einen Computer übertragen.
(en) to go into (a room, etc.)., aanmelden(en) gain access to a computer system., betreden(de) in einen Raum gehen., binnenrijden(pl) —., ingaan(ru) вступать в помещение., inkomen(ru) вступать в помещение., inloggen(en) gain access to a computer system., penetreren(ru) попадать внутрь, получать доступ куда-либо; просачиваться.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com