Vertaling van 'nativo' uit het Spaans naar het Nederlands

nativo (bn):
inheems(en) born or engendered in, native to a land or region.
(en) born or grown in the region in which it lives or is found.
(de) zur Heimat gehörend; zum Land gehörig.
, autochtoon(en) born or engendered in, native to a land or region., oorspronkelijk(en) born or engendered in, native to a land or region.

nativo (zn):
moedertaalspreekster(de) jemand, der eine bestimmte Sprache als Muttersprache erlernt hat und spricht.
(en) person who grew up with a particular language as their mother tongue.
(zh) 以某種語言作為母語的人.
, moedertaalspreker(de) jemand, der eine bestimmte Sprache als Muttersprache erlernt hat und spricht.
(en) person who grew up with a particular language as their mother tongue.
(zh) 以某種語言作為母語的人.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken

Dankzij donaties zie je op deze en volgende pagina's geen advertenties.

Wist je dat synoniemen.net een eenmansproject is? Door te doneren help je bij het voortbestaan en om advertenties hier helemaal overbodig te maken.