Vertaling van 'échapper' uit het Frans naar het Nederlands

échapper (ww):
ontsnappen(fr) —.
(en) to get free.
(en) to escape from.
(de) —.
, ontkomen(fr) —.
(en) to escape from.
, ontgaan(fr) —., vlieden(de) aus einer Gefahr, aus einer Zwangslage entkommen.
(en) to escape from.
, dieven(de) Triebe entfernen, die zwischen Sommertrieb und Blattstiel wachsen., ontlopen(en) to escape from., ontvluchten(en) to escape from., vluchten(en) to escape from., wegvluchten(en) to escape from.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken