Vertaling van 'basculer' uit het Frans naar het Nederlands

basculer (ww):
deinen(de) sich auf und ab oder hin und her bewegen., kantelen(de) —., kieperen(de) —., omkiepen(de) —., waggelen(en) tilt back and forth on an edge., wankelen(en) tilt back and forth on an edge.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken