Vertaling van 'farcir' uit het Frans naar het Nederlands

farcir (ww):
opvullen(fr) —., volproppen(fr) —., farceren(de) Gastronomie: mit einer zuvor hergestellten Farce füllen., proppen(en) to fill by crowding into., vrotten(en) to fill by crowding into.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken