Vertaling van 'fermer' uit het Frans naar het Nederlands

fermer (ww):
sluiten(fr) —.
(fr) —.
(en) move (a door).
(en) obstruct (an opening).
(en) bring one's eyelids together.
(en) (transitive) to close.
(es) —.
(fi) rajata sisäpuolelle.
(fi) tukkia, sulkea, laittaa kiinni.
(it) accostare, serrare.
(ru) прекращение доступа.
(pl) —.
, dichtdoen(fr) —.
(en) move (a door).
(en) obstruct (an opening).
(en) bring one's eyelids together.
, afsluiten(fr) —., dichtmaken(fr) —., op slot doen(fr) —., toedoen(fr) —., dichten(en) obstruct (an opening).
(en) move (a door).
(en) bring one's eyelids together.
(ca) Posar algun impediment per a privar l'entrada o sortida.
, afkanten(en) finish the last row of knitted stitches and remove them from the needle., dichtdraaien(en) rotate a tap or valve to stop outflow., dichtklappen(en) (transitive) to close.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken