flipper (zn):
flipperkast(en) game., flipperspel(en) game.
flipper (ww):
doordraaien(en) react with anger or fear., over zijn toeren raken(de) intransitiv, Hilfsverb haben und sein, bei Personen: die Beherrschung verlieren.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com