Vertaling van 'l’emporter sur quelqu’un' uit het Frans naar het Nederlands

l’emporter sur quelqu’un (ww):
bedwingen(de) —., kloppen(de) —., neervellen(de) —., overmeesteren(de) —., overwinnen(de) —., terneerdrukken(de) —., verpletteren(de) —., verslaan(de) —., vloeren(de) —.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken